april 26, 2024

Soest Nu

Soest Nu is de toonaangevende aanbieder van kwalitatief Nederlands nieuws in het Engels voor een internationaal publiek.

Zijn Amerikaans ontworpen stoelen beschermd in Nederland en België?

Zijn Amerikaans ontworpen stoelen beschermd in Nederland en België?

Nederlandse Hoge Raad (De hokey staaf) Onlangs ingediend Prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU), de hoogste rechtbank van de Europese Unie, om de toepassing van artikel 2, lid 7, van de Berner Conventie voor de bescherming van werken van letterkunde en kunst (BC) te verduidelijken. De prejudiciële vragen zijn de zogenaamde ‘materiële wederkerigheidstoets’ met betrekking tot toegepaste kunst. In dit geval, waarbij de geografische oriëntatie wordt getest, beweert de in Amerika geboren Zwitserse fabrikant Vitra Collections dat de Nederlandse en Belgische kantoren van de winkel voor woningverbetering Quantum inbreuk maken op het auteursrecht van Vitra Collections door zijn ‘Paris’-stoel op de markt te brengen.

Achtergrond

Vitra Collections is een Zwitsers familiebedrijf dat designmeubels produceert, waaronder stoelen ontworpen door het inmiddels overleden echtpaar Charles en Ray Eames. Een van de meubelstukken van het bedrijf is de Dining Sidechair Wood (DSW), ontworpen door Charles en Ray Eames als onderdeel van een meubelontwerpwedstrijd die in 1948 werd geïnitieerd door het Museum of Modern Art in New York. Hoewel ontwikkeld in de Verenigde Staten, werd DSW daar niet auteursrechtelijk beschermd.

Quantum investeert in haar woonwinkelketen in Nederland en België, die handelt in woninginrichting. In 2014 werd Vitra Collections gespot met de verkoop van de Quantum ‘Paris’-stoel, waarvan werd gezegd dat deze visueel vergelijkbaar was met de DSW.

Vervolgens daagde Vitra Collections Quantum voor de rechter wegens inbreuk op het auteursrecht, verzocht om een ​​stakingsbevel en dat Quantum zich overgaf om de Parijse stoelen te vernietigen en schadevergoeding te betalen. De lagere rechtbank oordeelde dat de Paris Chair de DSW niet heeft geschonden, maar het Hof van Beroep vernietigde deze beslissing door het tegendeel te beweren. Nu, voor de Hoge Raad (De hokey staaf), in beroep gegaan tegen het kwantum van het Hof van Beroep – ‘materiële wederkerigheidstoets’ van artikel 2, lid 7, van het BC.

READ  Kaasboeren verkopen producten op de Alkmaarse Kaasmarkt in Nederland - Xinhua

‘Wederkerigheidstest voor stoffen’

De objectwederkerigheidstest is een test die wordt toegepast op kunstwerken en, in bredere zin, op industriële ontwerpen en maquettes. Volgens deze test moet elk lid van de BC, als het land van herkomst speciale bescherming verleent (dwz een speciaal intellectueel eigendomsregime zoals ontwerpoctrooien) aan dergelijke werken, ontwerpen en modellen, dezelfde speciale bescherming bieden. Tenzij een dergelijke bijzondere bescherming echter wordt verleend in het land van herkomst, vallen dergelijke werken onder de categorie van auteursrechtelijk beschermde artistieke werken. Zoals het Hof heeft geoordeeld en de Hoge Raad niet hebben tegengesproken, is het materiaal niet per se auteursrechtelijk beschermd in het land van werkelijke herkomst, maar heeft het recht op die bescherming.

Tegelijkertijd is de bescherming van werken van toegepaste kunst verankerd in het EU-recht (artikel 17, lid 2, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (het Handvest)). Als zodanig worden ze beschouwd als grondrechten volgens het EU-recht. Ook de beslissing van het HvJ-EU RAAP-zaak De bevoegdheid om de grondrechten van de EU te beperken is voorbehouden aan de EU-wetgever, en in een dergelijke beperking moet bij wet worden voorzien. De beperking moet echter in overeenstemming zijn met artikel 52, lid 1, van het Handvest, dat bepaalt dat de rechtsgrond voor het toestaan ​​van een inbreuk op dat recht de reikwijdte van de werking ervan duidelijk en nauwkeurig moet definiëren. Zoals hierboven beschreven, is de toepassing van de materiaaloverdrachtstest significant, in tegenstelling tot een beperking, in de beschikbaarheid van auteursrechtelijke bescherming voor DSW.

De Hoge Raad heeft gerede twijfel geuit of zonder EU-regelgeving de wederkerigheidstoets in de zin van art. 2 lid 7 v.Chr. Bij een artistiek werk gebruikt in Nederland of uit een derde land, zoals de VS, een andere EU-lidstaat, waarvan de auteur geen EU-lidstaatonderdaan is.

READ  Vandaal wint voor Nederland, terwijl Turkiye / IJF.org

Drie bevooroordeelde vragen

Om deze vraag te beantwoorden heeft de Hoge Raad het HvJ-EU als volgt verduidelijkt:

1) Moet het EU-recht, met name artikel 52, lid 1, van het Handvest, het gebruik van het auteursrecht op een werk van toegepaste kunst beperken door de materiële wederkerigheidstoets van artikel 2, lid 7 v.Chr. toe te passen?
2) Het is aan de EU-wetgever (en niet aan de nationale wetgevers) om te bepalen of het auteursrecht in de EU wordt uitgeoefend door toepassing van de betekeniswederkerigheidstoets van art. 2(7) BC kan worden verboden met betrekking tot een werk van toegepaste kunst dat als een derde land wordt beschouwd en waarvan de auteur geen onderdaan van een EU-lidstaat is? Zo ja, moet de Uniewetgever die controle dan duidelijk en nauwkeurig vastleggen?
3) Zijn EU-lidstaten uitgesloten van het toepassen van de wederzijdse test in de zin van art. 2 (7) v.Chr In het geval van een werk van toegepaste kunst gemaakt in een derde land waarvan de auteur geen onderdaan is van een EU-lidstaat, tenzij de EU-wetgever de auteursrechtpraktijken hiertoe beperkt. Testen?

Conclusie

De impact van de interpretatie van het HvJ-EU zal verder reiken dan de grenzen van de EU, gezien de dwarsdoorsnede van het EU-recht en de Berner Conventie, die 179 verdragsluitende partijen heeft. Als het HvJ in dit geval besluit dat de materiële herzieningstest van toepassing is, kan dit leiden tot auteursrechtelijke bescherming voor DSW in de EU, ook al geniet het model in het land van herkomst geen dergelijke bescherming.

©2022 Greenberg Traurig, LLP. Alle rechten voorbehouden. National Law Review, deel XII, nr. 276

READ  Studie onthult impact van veganistisch dieet in VK en Nederland - Vegan Economist